Ruta de Moures

Ruta de Moures

Onderweg, op weg naar onze volgende bestemming, stopten we even vlakbij Arcas, op een mooie stille plek van slechts enkele huizen bij een kerkje. De zon scheen volop. We parkeerden de auto onder een boom en daar zagen we een informatiebord waarop Ruta de Moures stond aangegeven, een wandelroute met 3 anta’s! Totaal onverwacht! Contact gezocht met de deva, allervriendelijkst heette ze ons welkom en nodigde ons uit door haar gebied te wandelen, we zouden het de moeite waard vinden!

Nog even gecheckt bij Odilia, die zei dat we er goed aan deden de uitnodiging aan te nemen. Wij op pad, na eerst wat water getankt te hebben van de kraan aan de zijkant van het kerkje.

een route der megalieten gelopen in de buurt van Viseu we zijn begonnen bij een kerk Santa Maria Serra

En na niet al te lange tijd zagen we links van ons een mooi anta. Hij lag enigszins ingegraven en had een lange toegang met een aantal dekstenen er nog op. Contact gezocht met het wezen, dat reageerde nogal suf. Was ze zich bewust van de andere anta’s? Nee, ze wist er wel van, maar had er geen contact mee, we konden het beter aan de deva vragen.

We wilden haar ook wijzen op de aanwezigheid van Odilia, maar ze was niet geïnteresseerd: Ik lig hier goed. We vertelden haar over een nieuwe taak, maar weer reageerde ze afwerend met: Ik lig hier goed. Ik: heb je nog vragen? Nee, ik lig hier goed.

tja daar paste ferry dus niet in

In elk geval was ze door ons enigszins wakker geroepen, de rest lieten we over aan Odilia.

(We weten trouwens wel hoe ze dat doet: ze werkt samen met de natuurwezens die zich met dit hunebed verbonden voelen, en laat deze het hunebedwezen zachtjes onder druk zetten om zich om het hunebed te bekommeren. Dat kan wel lang duren, maar ze hebben de tijd, misschien wel enkele mensenlevens!

We liepen verder, het was eigenlijk iets te warm weer voor een flinke wandeling, maar wel door mooie landschappen. We liepen door een stuk bos en kruisten een weg – de wandelroute stond steeds goed aangegeven – tot we bij een doorgaande weg kwamen, en we geen enkele verwijzing meer zagen. De weg vragen… maar waar naar toe? Had dat gehucht waar de auto stond wel een naam? Hoe dan ook, die wisten we niet. Foutje!

 

Maar het kerkje, dat wisten we nog wel, en gelukkig, een van de langskomende automobilisten wist het ook! Gewoon doorlopen! Wel zo eenvoudig, ja, om te vinden wel, maar om vol te houden minder, nog 3 km had de automobilist gezegd. Zo midden op de middag werd het toch wel erg warm, vooral aan je voeten! De andere twee anta’s waren we niet tegengekomen, en we waren ook beslist niet meer van plan die te gaan zoeken. Na zo’n 2 km zagen we rechts iets dat op een lange inrit leek, en op het terrein aan het eind ervan leek het of we daar grote keien zagen? Een hunebed? Maar op de plattegrond bij de auto stond op deze plek beslist geen anta aangegeven! Wij erheen natuurlijk. Wat een vreemde gewaarwording: verspreid over het terrein lagen keien die ontegenzeglijk van een hunebed afkomstig waren, sommige beschadigd, andere redelijk gaaf, en er lagen nog wat bouwmaterialen, deels overgroeid. Het geheel maakte niet de indruk dat hier echt gebouwd ging worden. Unheimisch!

onderweg een een hooiopper en een drooghuisje voor mais

We namen plaats op wat stenen buiten het terrein, waar het wat prettiger voelde en maakten contact met het wezen van de stenen. Dat was schrikken!

Ik: Hallo, is er contact? Contact ja. Kunnen we je wat vragen?

Weet niet of ik dat kan, mijn stenen zijn verspreid; ik besta eigenlijk alleen nog maar onder de grond. Ik doe mijn best om alles bij elkaar te houden, maar hou dat niet vol. Ik heb op jullie gewacht, ik sta op het punt het op te geven. Mijn deva doet haar best, maar kan me niet helpen.

Ik: Maak contact met ons grote lichtwezen, ik weet niet of zij jou kan helpen, maar niet geprobeerd is altijd een nee. Dat is zo. Ik: misschien kan ze je energie sturen. Ik weet dat niet, maar ik maak in elk geval contact!

Je bent wel eerlijk. Ik: Ja, anders zou je me niet vertrouwen; je hebt al genoeg met mensen uit te staan gehad. Maak in elk geval contact! En sterkte, wij kunnen niets doen voor je, we gaan weer verder.

Triest. Ik ben ervan overtuigd dat de deva ons heeft laten verdwalen! met als doel dat we dit vernietigde hunebed zouden vinden. En gelijk heeft ze! Ik was nu meer kapot van deze nonchalance (of opzet??) waarmee deze heilige plek kapot gemaakt was, dan van de vermoeidheid van onze lange wandeling.

Eenmaal in de auto wilde Margrete nog rondkijken naar de hunebedden die we gemist hadden; ik had ’t al opgegeven en ging wat kaarten zitten schrijven in de auto (in de schaduw!) Toen ze terug kwam van haar korte vergeefse zoektocht, stelde ik voor om vanuit de auto contact te leggen.

mais in allerlei stadia staan te drogen voordat ze geoogst worden

Margrete nodigde uit, ik was representant. Direct voel ik: Ik heb contact. Hoe ik dat weet, weet ik niet, maar het is een heel zeker weten. Ik weet van jullie, hoe jullie gezocht hebben, denk ook te weten waarvoor, ben maar naar jullie toe gekomen.

Margrete: Ga contact maken met ons lichtwezen, zij kan je verder helpen.

Ja, dat zal ik doen, ik kan haar zien. Margrete: Nog vragen?  Nee hoor, ik geloof ’t nu, ’t ga jullie goed. Jou ook. Nog even dit: Fijn dat jullie het beschadigde dolmen hebt aangesproken, ze heeft ’t moeilijk en heeft hulp nodig, en die krijgt ze nu.

Reisverslag:

hier droogt een oude man / boer zijn mais

terug naar boven